Pedra da gávea

Het plaatselijke eethuis is een heerlijke tent. Aanvankelijk wilde ik, als taalpurist, er niet naar binnen omdat er “eet spatie huis” op de gevel staat. Een vroegtijdig gesloten supermarkt op zondag dwong me een half jaar geleden er toch eens mijn heil te zoeken. De sympathieke kop van de ijverige eigenaar (van onbestemde afkomst maar ik gok Turks) overtuigde me meteen dat ik op de juiste plaats was. Sindsdien haal ik er met regelmaat een pizzaatje, meestal nummer 53, frutti di mare. Als heteroman kan ik vrijmoedig vaststellen dat de middelbare baas een knappe kop heeft. Of hij het goed doet bij ‘de vrouwtjes’ weet ik niet; er zit namelijk nooit een levende ziel in de zaak.

Hedenavond staan er twee leerjongens met gewichtige blikken hem te flankeren bij de oven. De ene leerjongen is het type opsporing verzocht, met adidasjasje, petje en onverschillig voorkomen. De ander draagt een Astroworld-trui met “wish you were here” achterop. Terwijl ik mijn bestelling aan één van hen doorgeef, brult er vanaf NPO1 voetbal door de winkel. Dat is altijd hetzelfde liedje, maar meestal staat hij op Ziggo Sport. De leerjongens kijken vol passie een herhaling van Ajax – De Graafschap, alsof de wedstrijd maanden later zomaar ineens anders zou kunnen eindigen. In de tijd van corona wordt er net zo min gevoetbald als dat de mannen in het eethuis voorzorgsmaatregelen treffen. Namelijk niet. Gedurende mijn gehele wachttijd wordt er door geen van de aanwezigen een woord gewisseld. De leerjongens leren niets, en de baas werkt in alle stilte flink door, precies als altijd.

De vermeende Turk heeft een shirt aan waar “pedra de gávea” opstaat. Dat zoeken we even op. Het blijkt om een monolithische berg in Brazilië te gaan. De commentator schreeuwt dat Ajax steeds dieper wegzinkt. Zwijgen is soms verre van ongemakkelijk.

Plaats een reactie