Theatrale puberbreinen

Aan de rand van een azuurblauwe natuurplas bevind ik me, in gezelschap van een mooie vrouw. Mijn baard zit goed vandaag, en er is geen sprake van een bad-hairday. We hebben een rustig plekje gezocht. Kilometertje door de prachtige bossen lopen en je bent, zoals dat gaat in Nederland, weg van de massa. We hebben ons comfortabel geïnstalleerd, als aan de andere kant van het heuveltje een drietal puffende pubers komt aanzetten. Eén jongen, twee meisjes. Eén van de meiden vraagt zich af of ze nog verder moeten. Het andere kind zucht: “nee laten we hier blijven, ik ben helemaal broke”. Ik grinnik. Mijn aangename gezelschap vraagt wat er grappig is. Ik leg uit dat het meisje per ongeluk zegt dat ze geen geld heeft, terwijl ze wilde zeggen dat ze uitgeput was.

De jongen heeft een bal meegenomen en er wordt wat heen en weer gegooid. Als hij zijn shirt uittrekt komt er een killerbody tevoorschijn waar je u tegen zegt. Het joch heeft meer blokjes op zijn buik dan ik in mijn leven op de barbecue gegooid heb. Maar hij kan nog wel wat kleur gebruiken. Als de bal in het ijskoude water belandt, en hij hem moet halen, kreunt hij al bij de eerste teen die het water raakt. “Niet te doen”, horen we hem kermen, terwijl de vrouw naast mij net de hele plas over gezwommen is, en terug. Ze gaan even zitten en de jongen morst wat drinken. Hij begint: “ik zit helemaal onder de…” waarop één van de meisjes direct “geil!” roept.

Hij gaat weer staan, neemt een aanloopje en maakt een geslaagde salto. Vervolgens komt hij wat vreemd terecht, kermt “ik heb mijn enkel gebroken”, waarop de beide meisjes roepen dat zij ook hun enkels gebroken hebben. Deze mensjes moeten nog veel leren.

Plaats een reactie