Falend ouderschap

De moeder is zo’n type. Antracietkleurig schoeisel, lichtblauwe sokken, bordeauxrode broek, grijzige jas, groene bril en een pimpelpaarse tas op schoot. En vooral: wereldvreemde blik. Ze zijn net op het één na achterste bankje in de bus komen zitten. Dat wil zeggen, mama zit op dat bankje, haar jongste – een engelachtig dochtertje – zit één rij achter haar, en het mannelijke jong dat ze heeft voortgebracht drentelt daar geagiteerd tussen omdat hij niet kan zitten waar zijn zusje zit.

En geloof mij als ik zeg dat hemel en aarde wordt bewogen om die droom alsnog te kunnen verwezenlijken. Het blonde joch, luisterend naar de naam Elia, eist stante pede een plek bij het raam. Stompt zijn zusje. Duwt en trekt. Dramt dat hij dan tenminste op het knopje mag drukken. TOCH MAMA TOCH MAMA TOCH MAMA?! Mama tuurt naar de herkenbare lay-out van Instagram, tast blind in haar tas en haalt een Intertoys-speelgoedboek tevoorschijn. Het is weer die tijd van het jaar. Het kleine meisje pakt zonder blikken of blozen het boek aan en negeert verder haar broertje. Niet gehoord in zijn zucht naar macht, zet deze zijn Trumpiaanse claim nog eens kracht bij door de hele bus op de hoogte te stellen dat Jorate op zijn gewenste stoeltje zit en dat hij nu niets van het glorieuze uitzicht meekrijgt. Inderdaad, het arme cherubijntje heet Jo-ra-te!

Zolang de moeder zich beperkt tot de speelde dreiging Elia dan maar onderweg achter te laten, voel ik me bijkans geroepen haar dochter in bescherming te nemen tegen het huftergedrag dat haar ten deel valt. Jorate glimlacht eens naar me en ik vraag me af wat ik erger vind voor haar; zo’n naam, of zo’n broertje. Bij het naderen van de uitstaphalte komt het jong na een kwartier stampij tot bedaren. Zijn moeder is trots en glimlacht in de overtuiging dat ze dit toch lekker laissez-faire heeft opgelost. Elia staat op, struikelt en valt plat op zijn gezicht middenin de bus. Het recht zegeviert in het zicht van de haven.

Plaats een reactie