Vrijlandt

Tienduizenden knalgele raapzaadplanten tieren welig langs de sloten in verdronken land. Haar achtertuin, mijn voortuin. Of andersom. Majestueuze ruimte tussen stad en achterland, waar de mens recreëert dat het een aard heeft. We besloten samen een rondje te fietsen, op de winderige maar zonovergoten dag van 75 jaar vrijheid in Nederland.

Hoogopgeleiden zijn we, met een degelijke opvoeding en inlevingsvermogen. Geen lukraak voortrazende nitwits zonder moraal of geweten. In de verten schreeuwt de veldleeuwerik haar hoogste lied en het zou kunnen dat ergens in het riet de helse kreten van een roerdomp galmen. Een arts en een historicus zijn geen biologen, dus we weten het niet. Wat we wel weten, is dat de frisse buitenlucht goed doet in een tijd waarin het gros van de dagen thuis of in afzondering wordt doorgebracht. Fietsen is een heel uitje tegenwoordig. Met in de verte de voor publiek gesloten uitkijktoren en de befaamde Hollandse luchten als levend schilderij, is genieten geen moeilijke opgave. Maar iets schuurt.

Op de smalle paden, waar de eerste meikevers zich aandienen, en legers koeien zich met niets anders bezighouden dan het traag verteren van gras in maar liefst vier magen, hebben gefrustreerde mensen op leeftijd blijkbaar iets op de lever. Nog geen kwartier fietsen en ons is al twee keer toegebeten dat we ‘afstand moeten houden’ en ‘niet naast elkaar mogen fietsen’. De Nukkige Angsthaas is blijkbaar geen zeldzame soort in dit reservaat. Geboren als een rebel, kost het mij enige moeite om niet inhoudelijk te reageren en vriendelijk ‘sorry’ te proesten, maar de angst irriteert. We hebben ons in een weerloos volkje zien veranderen; dat alles wil reguleren en volkomen risicoloos het onvermijdelijke einde tegemoet gaat. Drijvende wolken, zoals in videoclips getuigen van vrijheid, net als de roofvogels die bidden op hoogte. Maar we zijn het niet.

Plaats een reactie